Creatief ondernemerschap in de bankensector
Uit een recente enquête blijkt het Belgisch bankmodel onder druk te staan, waarbij personeelsinkrimpingen bij de grootbanken veel aandacht trekken. De bankensector heeft nu wel de oudste leeftijdspiramide van alle bedrijfssectoren. Dit betekent dat het in de eerste plaats niet om ontslagen gaat maar om natuurlijke afvloeiingen. Een dergelijk scenario lag al jaren in de lade, maar wordt door de bankencrisis versneld in uitvoering gebracht. Het is nu eenmaal drummen op de Belgische markt, doordat verschillende spelers van buitenlandse avonturen terugplooien op de thuismarkt.
De realiteit van de lage rente, de extra regelgeving en digitaal bankieren zijn niet bepaald nieuwe en verrassende evoluties. Toch klinkt er vaak een zeurige ondertoon, alsof de sector hiertegen beschermd moet worden door de overheid. Hopelijk komt de tijd niet meer terug dat een bankier kon stellen dat "een jaartje met slechts 15 procent opbrengst kan als de andere jaren 20 procent geven". We zitten nu eenmaal met een lage rente-omgeving en zwakke economische prestaties, een situatie waarvoor de financiële sector overigens zelf in grote mate verantwoordelijk is.
De regelgeving gaat ook niet direct verdwijnen, hoewel ze wel niet per se complex hoeft te zijn. Paradoxaal genoeg zijn het de banken zelf die vaak aanleiding geven tot complexere regels omdat eenvoudiger typisch ook strenger is. De vetpotten uit het verleden hadden vaak te maken met het afwentelen van de risico's op de maatschappij, en daar willen we toch echt niet meer opnieuw mee beginnen?
Zowel van de aanbodzijde als de vraagzijde zijn er nieuwe factoren die een en ander in beweging brengen. De meeste aandacht gaat naar de aanbodfactoren die te maken hebben met nieuwe technologische ontwikkelingen. Het zijn de banken zelf die hier al jaren zwaar op inzetten. Het laagst hangende fruit was het informatiseren van het betaalverkeer, waarbij voor vele klanten de papieren overschrijvingsformulieren al uit het geheugen verdwenen zijn. Het betalen op internet toont dat we daar het einde nog lang niet gezien hebben.
Ook inzake kredietverlening zijn de mogelijkheden echter veelvuldig. Dit haakt in op ontwikkelingen aan de vraagzijde die door de banken meestal niet vermeld worden. Vroeger was vertrouwen het fundament onder de relatie tussen de klant en zijn bank. Door de financiële crisis en de berichten over manipulatie van rentetarieven en wisselkoersen is dat fundament echter zwaar aangetast.
In elk geval is er net in de bankensector veel nood aan vernieuwing. Die wordt echter afgeremd omdat vele gezinnen slaafs vele jaren bij dezelfde bank blijven. Het is belangrijk dat klanten mondiger worden en aangepaste service eisen. Alleen door meer mobiliteit zal vernieuwing mogelijk worden, waardoor ook het belang van de klant meer centraal komt. Ik denk dan aan initiatieven die toelaten dat consumenten banken gemakkelijker vergelijken en op meer dan enkel de kosten letten.
In andere landen overweegt men directe maatregelen om de concentratie in de sector te reduceren. In elk geval moet dat een belangrijke bezorgdheid voor alle verantwoordelijken zijn: er is nu eenmaal een tendens van toenemende concentratie. Zowel Reynders als zijn opvolgers als minister van Financiën gaven echter nooit gehoor aan het pleidooi om de bankheffingen minder penaliserend voor kleine banken te maken. En net die kleine banken financieren zich op een gezonde manier met spaardeposito's.
Het is in ieders belang dat er een grotere diversiteit aan financiële spelers de kans krijgt. En dat vereist dat er een hele waaier aan verschillende bankmodellen gangbaar wordt. De toezichthouder en regulator hielden in het verleden nogal vaak nieuwkomers tegen vanuit de filosofie 'better the devil you know'. Het resultaat is echter problematisch. Niet alleen de keuzevrijheid van de bankconsument werd beknot, het kwam ook de financiële stabiliteit niet ten goede. Banken die allemaal dezelfde activiteiten ontplooien, zich op dezelfde wijze financieren, in dezelfde markten aanwezig zijn vormen een monocultuur die gevaarlijk kan zijn. Als er zich dan een 'perfecte crisis' voordoet, kunnen allen tegelijk voor de bijl gaan. De instinctieve weerstand van de regulator en toezichthouder tegen nieuwkomers in het bankenlandschap moet dus dringend aangepakt worden.
Vergelijken we even met de krantensector, waar het klassieke model nog veel meer bedreigd wordt. Daar zie je vooral nieuwe modellen ontwikkeld worden, met als gevolg dat de mediasector vandaag net veel dynamischer en aantrekkelijker wordt voor velen. Uiteraard is het in vele grote sectoren zo dat er een hele industrie ontstaat van lobbyisten die vooral bezig zijn met het verdedigen van wat 'is'. Opportuniteiten van wat de toekomst in petto zou kunnen hebben interesseren hen nu eenmaal minder.
De realiteit van de lage rente, de extra regelgeving en digitaal bankieren zijn niet bepaald nieuwe en verrassende evoluties. Toch klinkt er vaak een zeurige ondertoon, alsof de sector hiertegen beschermd moet worden door de overheid. Hopelijk komt de tijd niet meer terug dat een bankier kon stellen dat "een jaartje met slechts 15 procent opbrengst kan als de andere jaren 20 procent geven". We zitten nu eenmaal met een lage rente-omgeving en zwakke economische prestaties, een situatie waarvoor de financiële sector overigens zelf in grote mate verantwoordelijk is.
De regelgeving gaat ook niet direct verdwijnen, hoewel ze wel niet per se complex hoeft te zijn. Paradoxaal genoeg zijn het de banken zelf die vaak aanleiding geven tot complexere regels omdat eenvoudiger typisch ook strenger is. De vetpotten uit het verleden hadden vaak te maken met het afwentelen van de risico's op de maatschappij, en daar willen we toch echt niet meer opnieuw mee beginnen?
Zowel van de aanbodzijde als de vraagzijde zijn er nieuwe factoren die een en ander in beweging brengen. De meeste aandacht gaat naar de aanbodfactoren die te maken hebben met nieuwe technologische ontwikkelingen. Het zijn de banken zelf die hier al jaren zwaar op inzetten. Het laagst hangende fruit was het informatiseren van het betaalverkeer, waarbij voor vele klanten de papieren overschrijvingsformulieren al uit het geheugen verdwenen zijn. Het betalen op internet toont dat we daar het einde nog lang niet gezien hebben.
Ook inzake kredietverlening zijn de mogelijkheden echter veelvuldig. Dit haakt in op ontwikkelingen aan de vraagzijde die door de banken meestal niet vermeld worden. Vroeger was vertrouwen het fundament onder de relatie tussen de klant en zijn bank. Door de financiële crisis en de berichten over manipulatie van rentetarieven en wisselkoersen is dat fundament echter zwaar aangetast.
In elk geval is er net in de bankensector veel nood aan vernieuwing. Die wordt echter afgeremd omdat vele gezinnen slaafs vele jaren bij dezelfde bank blijven. Het is belangrijk dat klanten mondiger worden en aangepaste service eisen. Alleen door meer mobiliteit zal vernieuwing mogelijk worden, waardoor ook het belang van de klant meer centraal komt. Ik denk dan aan initiatieven die toelaten dat consumenten banken gemakkelijker vergelijken en op meer dan enkel de kosten letten.
In andere landen overweegt men directe maatregelen om de concentratie in de sector te reduceren. In elk geval moet dat een belangrijke bezorgdheid voor alle verantwoordelijken zijn: er is nu eenmaal een tendens van toenemende concentratie. Zowel Reynders als zijn opvolgers als minister van Financiën gaven echter nooit gehoor aan het pleidooi om de bankheffingen minder penaliserend voor kleine banken te maken. En net die kleine banken financieren zich op een gezonde manier met spaardeposito's.
Het is in ieders belang dat er een grotere diversiteit aan financiële spelers de kans krijgt. En dat vereist dat er een hele waaier aan verschillende bankmodellen gangbaar wordt. De toezichthouder en regulator hielden in het verleden nogal vaak nieuwkomers tegen vanuit de filosofie 'better the devil you know'. Het resultaat is echter problematisch. Niet alleen de keuzevrijheid van de bankconsument werd beknot, het kwam ook de financiële stabiliteit niet ten goede. Banken die allemaal dezelfde activiteiten ontplooien, zich op dezelfde wijze financieren, in dezelfde markten aanwezig zijn vormen een monocultuur die gevaarlijk kan zijn. Als er zich dan een 'perfecte crisis' voordoet, kunnen allen tegelijk voor de bijl gaan. De instinctieve weerstand van de regulator en toezichthouder tegen nieuwkomers in het bankenlandschap moet dus dringend aangepakt worden.
Vergelijken we even met de krantensector, waar het klassieke model nog veel meer bedreigd wordt. Daar zie je vooral nieuwe modellen ontwikkeld worden, met als gevolg dat de mediasector vandaag net veel dynamischer en aantrekkelijker wordt voor velen. Uiteraard is het in vele grote sectoren zo dat er een hele industrie ontstaat van lobbyisten die vooral bezig zijn met het verdedigen van wat 'is'. Opportuniteiten van wat de toekomst in petto zou kunnen hebben interesseren hen nu eenmaal minder.