Naar overzicht

De Chinese auto

Het grootste autosalon ter wereld, de Frankfurt Motor Show, loopt ten einde en het unanieme eindoordeel luidt: de toekomst van de auto is elektrisch. Daar moet ik toch even bij gaan zitten. Zijn batterijen en elektriciteit werkelijk zoveel beter dan ontploffingsmotoren en brandstof?

Alvast niet in gebruiksgemak. De radius van elektrische auto’s kan niet tippen aan die van conventionele auto’s. De energiedensiteit van een batterij-cel kan niet tippen aan die van olie. Batterijen opladen duurt langer dan een auto volgooien aan de pomp.

Het is ook niet de prijs. Batterijen zijn duurder. Ze gaan minder lang mee. Hun restwaarde is één groot vraagteken. Er zijn verborgen kosten. Elektrische auto’s vergen een fijnmazig net van oplaadpunten die moeten beschikbaar zijn waar wij onze auto’s willen parkeren. Dat betekent gigantische investeringen. En als we de olie vaarwel zeggen, zeggen we ook vaarwel aan de miljarden accijnzen die jaarlijks onze hongerige staatskas spijzen.

Milieubelasting

Dan is er het milieu. Elektrische auto’s produceren geen stinkende of opwarmende uitlaatgassen. Maar elektriciteitsproductie doet dat wel. Gas, kernenergie en steenkool zullen nog vele decennia een belangrijk deel van de globale elektriciteitsproductie dragen. Meer elektrische wagens geeft dus milieubelasting door meer elektriciteitsproductie. Batterijen vergen ook nikkel, lithium en kobalt die via vervuilende mijnbouw worden ontgonnen. En zonder een nieuwe recyclage-industrie kan een batterijeconomie niet draaien.

Blijven de steden en hun vervuilde lucht. De elektrische auto is het einde van smog. Maar er zijn alternatieven die renderen voor de stedelijke leefomgeving en die minder kosten. We kunnen autogebruik verminderen door restricties en mobiliteitsdiensten zoals Uber en carpooling. We kunnen auto’s inruilen voor fietsen, zoals in Amsterdam of Kopenhagen. Of we kunnen inzetten op openbaar vervoer dat op waterstof rijdt.

Natuurlijk: batterijtechnologie zal nog op alle punten fors verbeteren. Maar dat is ook zo voor de ontploffingsmotor of voor andere technologieën die nog niet op de radar staan. Verstandig beleid zou ruimte scheppen voor innovatie, experiment en concurrentie om de meest efficiënte en duurzame mix te vinden. Maar dat doen we niet.

Vervaldatum voor fossiele brandstoffen

Overal wordt de aankoop van elektrische auto’s zwaar door belastinggeld gesubsidieerd, zowel door prijssubsidies voor de kopers als door belastingvoordelen voor de producenten. Zonder die rijkelijke subsidiepolitiek bestond een bedrijf als Tesla gewoon niet. China, Groot-Brittannië, Frankrijk, India en Noorwegen hebben recentelijk zelfs een vervaldatum geplakt op het gebruik van fossiele brandstoffen in personenwagens.

Er is een race begonnen om de thuismarkt van de nieuwe auto-industrie te worden, gewoon door de oude auto-industrie te verbieden. China gaat daarin het verst: het beslist radicaal voor elektrische auto’s en legt vele miljarden subsidies op tafel. Zowat alle grote autoconcerns partneren met Chinese bedrijven om daarvan te profiteren, ook al moeten ze daarmee hun knowhow afstaan. Het is geen toeval dat Volvo, het Chinese automerk met de Zweedse naam, nu al volledig elektrisch gaat.

Economisch nationalisme is dus het lelijke gezicht van de elektrische auto. De toekomst is elektrisch omdat de politiek daar a priori voor kiest, in de hoop eigen kampioenen van groene industrie te kweken. Als dat zo doorgaat, wordt de elektrische auto de Chinese auto.