Ons land heeft een probleem met ondernemerschap. Het aantal starters en jonge bedrijven ligt opmerkelijk laag in vergelijking met andere landen. Op Spanje na genieten ondernemers bovendien nergens zo weinig maatschappelijke status als in België. Historisch en economisch onderzoek toont aan dat de houding tegenover ondernemers en ondernemerschap een cruciale rol speelt in een voorspoedige ontwikkeling van de economie. Innovatie en economische vernieuwing zijn sterker in maatschappijen waar de maatschappelijke attitude tegenover ondernemerschap gunstiger is.
Vaak wordt er verwezen naar het verschil in mentaliteit op dat vlak tussen Europa en de Verenigde Staten, maar ook binnen Europa zijn er grote verschillen in ondernemerschapscultuur. In Duitsland bijvoorbeeld genieten ondernemers meer aanzien dan in de VS. En Oostenrijk zit bijna op dezelfde hoogte als de VS.
Ondernemerschap is een van de belangrijkste factoren voor innovatie, jobcreatie en het vervullen van de economische behoeften. Slechts een klein percentage van de beroepsbevolking zet de stap naar ondernemerschap. Ondernemerschap houdt in dat je in staat bent om winstopportuniteiten te ontdekken. Die zijn vaak gelinkt aan innovatie of mogelijkheden om gebruik te maken van kostenverschillen die anderen nog niet benut hebben. Ondernemer is dus wie alert genoeg is en het risico aandurft om deze kansen te benutten.
Een maatschappij heeft zo’n mensen nodig. Alertheid voor opportuniteiten, actiegerichtheid en de ijver om het gedaan te krijgen zijn dan cruciale eigenschappen. De durf om onbekend terrein te veroveren en het persoonlijk dragen van het financiële risico van een project horen er helemaal bij. Geschat wordt dat op 10.000 ideeën er 1.000 bedrijven worden gestart. Honderd krijgen voldoende durfkapitaal, 20 halen publiek kapitaal op en 2 groeien door tot marktleider.
Politieke gunsten
In disfunctionele maatschappijen slagen de behartigers van de oude technologieën erin om te verhinderen dat het proces van creatieve destructie plaatsvindt. Ze doen dat door beïnvloeding en politieke druk. Vaak kan het verleidelijk zijn om hieraan toe te geven en de kortetermijnpijn die hoort bij de opgave van het vertrouwde te vermijden. Dit gaat echter ten koste van de vooruitgang op lange termijn, die ons de voorspoed heeft bezorgd die velen vandaag vanzelfsprekend vinden. Die voorspoed is echter allesbehalve vanzelfsprekend.
Toegeven aan de lokroep van wie tegen economische verandering pleit, zal dit proces van vooruitgang dan ook lamleggen. Een regelmatige doorlichting kan allerlei voorschriften aan het licht brengen die de toetreding bemoeilijken voor innovatieve bedrijven met nieuwe ideeën.
Een intelligent beleid focust dus meer op de kwaliteit van het ondernemerschap dan louter op het volume. Maatregelen die er met subsidies of belastingvoordelen voor moeten zorgen dat bedrijfjes boven water worden gehouden die anders zouden verdwijnen, doen eerder aan sociaal beleid dan aan een beleid gericht op slim ondernemerschap denken.
Lonend ondernemerschap
Te vaak is nieuwe markten openen, nieuwe producten opleveren, nieuwe productiemethodes introduceren of nieuwe organisatiestrategieën implementeren, minder lonend dan lobbyen voor een monopolistisch voordeel of een andere vorm van contraproductieve activiteit. Een voorbeeld van dat laatste zijn alle inspanningen om wetgevers te overtuigen van deze of gene subsidie. Wie faalt of slaagt hoort niet bepaald te worden via gunsten van politici. Eigenlijk beschermen ze dan vooral het verleden tegen de toekomst, en dat kan toch niet de bedoeling zijn.
Onze ondernemers tonen zin voor initiatief binnen onze economie. Zij creëren. Zij zijn de motor van de evolutie van onze samenleving. Deze ontwikkeling genereert nieuwe activiteiten, onderwerpt andere activiteiten aan verandering en ziet andere activiteiten uitdoven. Van de nieuwe jobs zal 70 tot 80 procent komen van kleinere bedrijven die groeien en van start-ups die nog moeten worden opgericht.
Beleidsmakers met visie pakken op het vlak van regulering en fiscaliteit de barrières aan die het oprichten van ondernemingen belemmeren. Zolang een ondernemer risico’s neemt en tegenslagen incasseert, staat hij alleen. Zo gauw een onderneming bestaat, zijn er velen die een claim hebben op de opbrengst die ze genereert.
Ook in ons land wordt succes te vaak afgestraft. Dan hoeft het niet te verwonderen dat ondernemers hun middelen naar andere activiteiten kanaliseren. Uiteindelijk zal dan heel de maatschappij de prijs betalen in termen van minder economische ontplooiing.
Dit artikel verscheen op de website van De Tijd op 25 juli 2017