Naar overzicht

Vereenvoudig de beheersplannen in het openbaar bestuur

Om tegemoet te komen aan hun coalitiepartners en aan hun kiezers, hebben de politieke verantwoordelijken de neiging om aan de overheidsinstellingen waarvoor ze verantwoordelijk zijn tal van bijkomende opdrachten te geven, zonder de prioriteiten te bepalen en zonder de nodige financiële en menselijke middelen te voorzien. Als er al doelstellingen zijn, dan worden ze al gauw vrijblijvend; ze worden eerder als een algemene intentie beschouwd en niet als een noodzaak tot handelen. De grote lijnen worden op het niveau van de ambtenaren niet systematisch in operationele doelstellingen vertaald.De gerechtelijke achterstand is al lang een ernstig probleem in België. Het gerechtelijk apparaat past zich aan aan de politieke druk om de gerechtelijke achterstand in te lopen. Zo passen sommige parketten de LIFO-methode toe, met dien verstande evenwel dat de « last in, first out » er louter op gericht is om te vermijden dat de gerechtelijke achterstand nog verder oploopt. Dit bevordert vanzelfsprekend niet de gelijkheid van behandeling. Een andere, meer efficiënte oplossing, bestaat erin om meer met vereenvoudigde PV’s te werken om zo meer tot een minnelijke schikking te komen en op die manier de parketten en de rechtbanken te ontlasten. Het resultaat is opmerkelijk: sinds het jaar 2000 is het aantal nieuwe dossiers met 20% gedaald. Men kan zich dan ook afvragen waarom in dezelfde periode de budgettaire middelen van parketten en rechtbanken met 20% verhoogd zijn !Om na te gaan welk effect een programma heeft, moet men drie beoordelingslijnen bepalen die elk overeenstemmen met een bepaald standpunt over de taak van de overheid.Het gaat hier om :
  • het standpunt van de burger dat doelstellingen van socio-economische doeltreffendheid uitdrukt ;
  •  het standpunt van de gebruiker dat doelstellingen van kwaliteit van de dienstverlening uitdrukt ;
  • het standpunt van de belastingbetaler dat doelstellingen van beheersefficiëntie uitdrukt.
Om de resultaten op een evenwichtige manier te verbeteren, moeten de doelstellingen elk van deze drie beoordelingslijnen weerspiegelen. Zo zou het nutteloos zijn om een beleid te voeren dat weliswaar heel efficiënt is, maar dat niet doeltreffend is of dat geen echte impact heeft. En het zou al even nutteloos zijn om een beleid te voeren dat gunstige resultaten zou hebben, maar met een buitensporig kostenplaatje.Kortom, men moet voor elk overheidsprogamma tegelijkertijd bepalen wat de doelstellingen zijn op het vlak van socio-economische doeltreffendheid, kwaliteit van dienstverlening en efficiëntie van uitvoering.
ProposalTemplate%20GT%20prop1_nl.pdf
(94.16 KB) Downloaden